NRA-gitarist Orange “We zijn kritischer geworden”

Met het zesde album, Machine, gaat de Amsterdamse punkband NRA terug naar de wortels van de punkrock. Met een nieuwe drummer en een bandlid lichter moest de band haar geluid herdefiniëren. FRET sprak hierover met gitarist Orange: ‘Ik kwam er achter dat ik sommige dingen al vijftien jaar vrolijk verkeerd sta te doen.’

‘Eigenlijk willen we onze muziek het liefst gratis weggeven’, vertelt NRA-gitarist Orange. ‘Ook omdat we qua omvang een pinda zijn in wat we doen, zie je dat er heel veel geld gaat zitten in de studio, het persen van het plaatje, distributie en promotie. Als je bedenkt wat er allemaal in geïnvesteerd wordt en dat mensen het weer moeten gaan kopen, dan denk ik: ik doe het toch voor de lol, ik geef het liever gratis weg.’

Het internet is daar natuurlijk het aangewezen medium voor. ‘Maar als ik het zou kunnen financieren, zou ik er nog een cd’tje van persen ook. We dachten: we beginnen gewoon met het opnemen van een liveplaat en dat zetten we op internet. Dan zien we wel of mensen het ook inderdaad opzoeken.’

NRA zou NRA niet zijn als ze dat idee niet gingen uitvoeren. Tijdens de tour met Burning Heads en High Tones, eind 2001, namen ze ieder optreden op. Tot hun verbazing bleken de tapes de toets der kritiek niet te kunnen doorstaan. ‘De nummers waren wel goed, maar we konden ze niet goed genoeg spelen om een plaat te maken. Vergeleken bij wat we vroeger maakten zijn de songs net een graadje simpeler geworden. Dat moet je tot in de puntjes lekker spelen, anders werkt het niet. Iets simpels spelen is best moeilijk, merkten we. Je moet heel goed definiëren wat je eigenlijk aan het spelen bent. Vroeger konden we daar kennelijk wat beter in rommelen, nu kwamen we er achter: dit is het gewoon niet helemaal.’

Bloedig proces

Met als resultaat dat het materiaal de weg naar het web helaas niet heeft gevonden. ‘Het moet wel een beetje representatief zijn. Als ik het nu terug hoor, valt het best mee. Dan hoor ik ook de leuke dingen. Maar als je iets hoort wat je minder vindt, is het erg moeilijk om de goeie dingen er nog in te horen.’

En dus moest de band hard aan het werk om de nummers klaar te stomen voor een album. ‘Dat is een heel moeilijk proces. We zijn met een ritmeapparaat in de oefenruimte gaan zitten en hebben ons afgevraagd wat we nu precies wilden spelen. En dat was best een bloedig proces. Ik kwam er achter dat ik sommige dingen al vijftien jaar vrolijk verkeerd sta te doen.’

Een voorbeeld? ‘Dat is heel moeilijk onder woorden te brengen. Je hebt vaak dat je denkt: ik ga iets even lekker aanzetten, iets even flink goed aanslaan. Dan krijg je dat je het iets naar voren trekt en daardoor is het niet strak genoeg meer. Dat realiseer je je pas als je onderzoekt wat er eigenlijk aan de hand is. Je kunt wel merken dat het niet goed klinkt, maar dat betekent niet dat je direct kunt zeggen waar het door komt. Dat maakt het moeilijk, anders is het gewoon een kwestie van een beetje oefenen en dan kom je er wel uit.’

Soulinvloeden

In mei 2002 was de band klaar om de basis te gaan opnemen: drums, gitaar en bas. ‘De vorige keer zat er voor het eerst een periode tussen de opnamen van de basis en de opnamen van de zang. Dat werkte goed; dan kun je het nog eens terugluisteren en wat dingen aanpassen.’ De zang werd dan ook pas in september opgenomen. NRA was net terug waren van een geslaagde tour door Amerika.

‘Degene die onze plaat daar uitbracht had een driedaags festival in Texas georganiseerd, Gear Fest. Dat was heel bijzonder, want het was denk ik de eerste keer dat we voor een Amerikaans publiek speelden dat echt snapte wat we aan het doen waren en het ook echt waardeerde. Bij de optredens in het reguliere clubcircuit viel me op dat ze bij iedere band betrokken zijn, terwijl je daar zeven dagen per week concerten hebt met vijf optredens per avond.’

Hij heeft altijd het idee dat Amerikanen eerder zien dat wat ze doen anders is. ‘Hier denken ze: “o, dat is weer een punkbandje.” Het referentiekader van veel Amerikanen is anders, zij zijn meer vertrouwd met bands waar wij ook veel naar hebben geluisterd. In Amerikaanse recensies worden soulinvloeden ook meer opgepikt. Het ligt er bij ons niet zeven lagen dubbeldik op, met blazers en achtergrondkoortjes, maar het zit er wel in. Het is vooral herkenbaar in de zanglijnen, die komen uit een andere hoek.

Blues

Ik luister de laatste tijd ook weer veel naar blues. Dat heeft er denk ik wel mee te maken dat Machine eenvoudiger is geworden. Het gaat wat meer in de richting van het standaard bluesschema. New Recovery (1999) staat daar het verst van af. Het gebeurt niet bewust, maar als je er van een afstandje naar kijkt, merk je toch wel dat de muziek waar je naar luistert, je eigen muziek beïnvloedt.’

Het vertrek van het vijfde bandlid, Sven, net als Orange gitarist, heeft ook z’n gevolgen voor de sound. ‘Mijn partijen zijn wel wat anders geworden. Vroeger speelde ik vooral akkoorden, nu speel ik meer loopjes. En een gedeelte van de harmonieën die in de gitaren zijn weggevallen, proberen we in de zang op te vangen. We zijn ook kritischer geworden op de kwaliteit van de zanglijn: vroeger jengelden die gitaren lekker door en dan kwam het daarmee ook wel goed. Nu zijn de instrumenten veel meer uitgekleed, waardoor de nadruk meer op de zang komt te liggen.’

Herdefinitie

Machine is ook de eerste plaat met Dr. Feaver, de nieuwe drummer. ‘Dat is een van die dingen waarom het gewoon niet lekker klonk op de liveopnamen. Je speelt tien jaar met een drummer waarmee je een maniertje ontwikkelt dat van geen kanten klopt. Zolang het werkt, maakt dat allemaal niet uit. Maar als je op een gegeven moment met iemand anders speelt, dan werkt dat maniertje niet meer. Dan krijg je een hele herdefinitie van je geluid.’

Op de lengte heeft de veranderde bandsamenstelling in ieder geval geen invloed gehad. In zijn geheel duurt Machine nog geen half uur. Toch bestaat de tracklist uit zestien nummers. ‘Daar zijn we altijd heel kritisch op. Als je het in één minuut elf kan zeggen, dan moet je er zeker geen twee minuut elf van maken. Klaar is klaar. Ik zou heel graag eens een nummer van zes minuten willen maken, maar ja, hoe meer je het uit gaat kleden, hoe minder er over blijft natuurlijk. Misschien gebeurt het op onze volgende plaat wel, want korte nummers zijn geen streven op zich.’ Bedenkt dan: ‘Op Surf City Amsterdam (1994) stond een nummer van drie minuten. Dat kan ik me nu bijna niet meer voorstellen: drie minuten! Dat is echt twee keer zo lang als andere nummers.’

Toeval

NRA MachineHet album komt uit op zes verschillende labels in de Benelux, Frankrijk, Duitsland, Engeland, Amerika en Brazilië. ‘Toen we van Virgin waren afgeschopt namen veel mensen die dat hadden gehoord contact met ons op. Het idee ontstond om in een aantal gebieden een licentie uit te geven. Dat heeft heel goed gewerkt; degene die New Recovery in Frankrijk heeft uitgebracht, verkocht in een half jaar meer dan Virgin in drie jaar. Dat komt doordat hij veel betere kanalen heeft voor ons soort muziek. Wij verkopen niet veel via de reguliere winkels, zeker niet in het buitenland. Daar gaat het veel meer via mailorders en mensen die bij concerten plaatjes verkopen.’

Zo’n contact met een labelhouder ontstaat vaak toevallig, zoals bij het nieuwe Engelse label. ‘Dat was gewoon een jongen met een gratis fanzine. Hij schreef over New Recovery: “helemaal geweldig” en dat kwam weer via onze collega’s van Breshnev naar Nederland toe. Hij had gezegd dat hij benieuwd was naar onze andere cd’s. Ik dacht, die jongen vindt dat leuk, en heb ze hem gestuurd. Hij had een kleine mailorder, dus hebben we hem gevraagd of hij misschien de distributie wilde doen. Toen zei hij dat hij het ook wel wilde uitbrengen en is gewoon een label begonnen.’

Zes covers

In de Benelux zitten de Amsterdammers op het label My First Sony Weismuller, gedistribueerd door De Konkurrent. ‘Zij kijken toch een beetje op dezelfde manier tegen muziek aan als wij. Met Erwin Vogel van My First Sony gaan we heel ver terug. Toen hij nog voor zichzelf werkte, ten tijde van Surf City Amsterdam, deed hij al op vrijwillige basis promotie voor ons. Daarna zat hij bij Virgin.’

Aangezien Machine op verschillende labels wordt uitgebracht, leek het een goed idee om voor iedere release een eigen cover te laten maken. ‘Als ze toch apart worden gedrukt, dan kun je er net zo goed meteen iets leuks mee doen. Eerst wilden we een groot ontwerp maken en daar delen van nemen voor de losse covers, zodat je één afbeelding zou krijgen als je alle hoezen bij elkaar zou leggen. Later hebben we bedacht dat het beter was om er toch wat herkenbaarheid in te krijgen door met een soort template te werken en daar zes illustratoren een tekening in te laten maken.

Topillustratoren

Dat hebben we gedaan: onze drummer heeft een ontwerp gemaakt en we hebben zes tekenaars gevraagd om in de restruimte wat te tekenen.’ Nederlanders, want Orange vindt dat we hier topillustratoren hebben. De ontwerpen zijn gemaakt door Peter Pontiac, Roel Smit (ook in Human Alert), Luuk Bode, Eric (die ook de T-shirts en posters voor NRA maakt), Erik Kriek en Vince.

Ter promotie zijn tours in Europa (met Oil) en Engeland gepland. Ze willen dolgraag ook in Brazilië touren, maar het lukt ze niet om daar de tijd voor te vinden. Tenslotte leven ze niet van de muziek en werken er naast. Orange vindt dat ook prima zo. ‘Nu doen we het een beetje tussen de schuifdeuren. Als we zin hebben gaan we op tour en als we er klaar voor zijn maken we een nieuwe plaat. Zo doen we dat.

Als je er van moet leven, sta je steeds onder druk: vinden mensen die volgende plaat ook weer leuk? Daar hoef ik me nu helemaal niet druk over te maken. Dat is volgens mij een soort vrijheid die wij nodig hebben. Daarom zijn we geen materiaal voor een major: de dingen moeten op onze manier moeten gebeuren, anders is het zeker geen lang leven beschoren. Daar zijn we inmiddels wel achter.’

Naar boven