“Er zoveel mogelijk melk uit zien te krijgen, was mijn ding niet”
Eigenlijk wilde de Friese melkveehouder Douwe Koonstra al langer omschakelen, alleen kon hij geen afnemer vinden. Inmiddels heeft hij een melkfabriek gevonden aan wie hij sinds kort biologische melk levert. Nu nog wat extra land. “Want een gesloten bedrijfsvoering en een gesloten kringloop is toch het mooist.”
De opa van Douwe Koonstra begon als arbeider voor andere boeren, maar werkte zichzelf op een oude vervallen boerderij met veel bloed, zweet en tranen en een beetje geluk op tot boer weten, zo vertelt Douwe. “Omdat de boerderij in slechte staat was, was mijn opa al een tijdje op zoek naar een andere boerderij. Na de Tweede Wereldoorlog is er tijdens de ruilverkaveling een project vlakbij Broeksterwald ontstaan waarbij een stuk moeras opgehoogd werd om er landbouwgrond van te maken. Hierdoor ontstond er ruimte voor drie nieuwe boerderijen. Mijn opa wilde daar super graag naartoe, maar zijn boerderij was te klein om aan die ruilverkaveling mee te kunnen doen. Omdat er te weinig animo was voor de derde nieuw te bouwen boerderij, heeft de toenmalige burgemeester het aan mijn opa gegund.”
Opa Koonstra begon met varkens, toen met koeien. Inmiddels is het een melkveehouderij met 65 koeien. “Mooi overzichtelijk”, vindt Douwe. Hij runt Maatschap Koonstra samen met zijn ouders Wytse en Marja Koonstra. “We doen het echt met zijn drieën. We doen bijna alles zelf. Wat dat betreft zijn we behoorlijk zelfvoorzienend. Het mooiste is dat je jezelf kunt redden en genoeg eten hebt voor je dieren.”
Jongvee weiden
Vorig jaar maart is het land aangemeld bij Skal, de omschakeling kost twee jaar. De koeien zijn in februari 2022 bij Skal aangemeld. Na een half jaar mag dan biologische melk worden geleverd en na een jaar vlees. Onder bepaalde voorwaarden mag iets eerder melk worden geleverd. “We hebben biologische kuilbaal bijgekocht en daardoor konden we de datum iets naar voren schuiven. Mijn voerleverancier is behoorlijk kundig in die omschakeling. Die heeft berekend hoeveel biologische balen we bij moeten kopen om iets eerder te kunnen omschakelen. Dat is ingewikkelde materie.”
Toch was hij redelijk goed voorbereid op wat er op hen is afgekomen. “Je moet je aan veel regels houden, maar onze bedrijfsvoering was al behoorlijk richting biologisch dus de stap was niet zo groot.”
Een grote verandering is dat ze nu jongvee weiden. “In het verleden hadden we daar slechte ervaringen mee: er braken dieren uit die door de sloot banjerden. We hebben nu een speciaal hoekje ingericht waar we de dieren eerst trainen. Daar kunnen ze eerst mooi in rondvliegen en even leren dat ze niet door de sloot heen moeten banjeren en bij de buurman in het land rondlopen.”
Bijvoeren
Antibiotica en kunstmest gebruikten ze al nauwelijks. “Nu we helemaal geen kunstmest meer gebruiken en we geen derogatie meer hebben, heb ik wel minder opbrengst van het land, en nu al helemaal met de droogte erbij. Dus moet ik een aantal kuilbalen bijkopen. Het heeft wat tijd nodig voordat de grond zich aanpast.” Het werken als biologische boer is mooier, vindt hij. “Het is veel leuker om met de natuur te werken dan de koeien op stal te houden en er zoveel mogelijk melk uit zien te krijgen. Dat was mijn ding niet.”
Eigenlijk had hij al eerder willen omschakelen, maar hun toenmalige melkfabriek had geen ruimte voor biologische boeren. “Er was een wachtlijst van 70 boeren die wilden omschakelen. Toen dacht ik, dan hoef ik er niet eens aan te denken.” Dat de melkfabriek geen ruimte had, heeft volgens hem met de vraag te maken. “Het moet wel verkocht worden. Steeds meer mensen beginnen te beseffen dat we richting biologisch moeten, maar de consument kiest toch nog vaak voor de goedkopere variant.”
Als iedereen morgen biologisch gaat kopen, dan schakelen alle boeren om, denkt hij. “Dat is heel simpel gezegd, maar zo zal het wel gaan. Wat er verkocht wordt, wordt er gemaakt. Andersom gaat het niet werken, denk ik. Ze hebben in Frankrijk geprobeerd om 20 procent van de boeren biologisch te maken. Dat hebben ze toen gesubsidieerd, maar er was geen markt voor. Dan kan je wel biologisch willen, maar het moet wel verkocht worden.”
Kringloop
De toekomst ziet Douwe met vertrouwen tegemoet. De omschakeling is een hele investering, maar ze hebben het geluk dat dit jaar de gangbare prijs dichtbij de biologische prijs ligt. “Wij kunnen het tot nu toe gewoon zelf allemaal rooien, zonder externe financiers. Eigenlijk hebben we nog niet genoeg land, daar ben ik nog naar op zoek. Eigen land is het mooist. Dan heb je een mooie gesloten bedrijfsvoering en kun je mooi de kringloop sluiten. Nu lukt dat door een samenwerking met een biologische boer in de buurt van wie we voer kunnen kopen.”
Vroeger droomde hij ervan om 120 koeien te gaan melken en een mooie nieuwe stal neer te zetten. “Maar ik heb toen ook gerekend: als iedereen dat gaat doen, dan wordt het misschien wel heel erg lastig om het rond te breien. Als je dan niet genoeg land hebt en je moet je voer kopen en iedereen voer moet kopen, dan wordt die prijs natuurlijk ook hoger en dan kan het rekensommetje al niet meer uit. Achteraf ben ik blij dat we dat niet hebben gedaan.”
Tegen iedereen die ook over omschakelen nadenkt, zegt hij: zoek een afnemer en ga ervoor! “Je kunt misschien wel duizend redenen bedenken waarom je het niet zou doen, maar als je gevoel zegt: ik wil dit, dan moet je ervoor gaan.”