Beter verdienmodel voor boeren met onbemenste boerderijwinkel

Met onbemenste boerderijwinkels koppelt Oogst lokale, natuurinclusieve boeren direct aan consumenten. De aangesloten boeren krijgen een eerlijke prijs voor hun producten, waardoor ze kunnen investeren in het verder verduurzamen van hun bedrijf. In mei is in Leiden de eerste Oogstwinkel geopend en die is sinds kort door Skal biologisch gecertificeerd als verkooppunt. Foto Wim Haze

Oogst is een nieuw bedrijf dat de transitie naar een gezond voedselsysteem in beweging wil brengen met een nieuw winkelconcept: onbemenste boerderijwinkels die toegankelijk zijn via een app. Na het winkelen geven klanten in de app aan wat ze willen kopen en rekenen dat direct af. Bewuste consumenten krijgen zo gemakkelijk toegang tot lokale producten en de verhalen daarachter en natuurinclusieve boeren ontvangen een goede prijs, waardoor zij kunnen investeren in duurzame werkwijzen.

Afgelopen mei opende Oogst in Leiden de eerste winkel. Het idee is dat voor iedere winkel een Oogstboer verantwoordelijk is. In Leiden is dat Joost van Schie. Hij runt met zijn ouders een kaasboerderij in Warmond: De Eenzaamheid. Fennie Landsbergen, de bedenker van dit concept, benaderde hem om mee te doen. Toen Fennie in Afrika met regeneratieve boeren werkte, realiseerde ze zich dat als je duurzamer wilt boeren, je allereerst duurzamer moet kunnen verdienen. Joost: “Toen dacht ze: kan ik boeren in Nederland helpen met de transitie door een beter verdienmodel te bedenken?”

Aandacht

Hij probeerde zelf al meer lokale verkoop te realiseren door borrelboxen en boerderijpakketten aan te bieden. “Toen Fennie me benaderde, dacht ik: een onbemenste winkel zou eigenlijk best goed bij mij kunnen passen. Daarna hebben we al vrij snel besloten dat we dit concept echt samen verder wilden uitbouwen.” Oogst zorgt voor het opzetten van de winkel, de inrichting en de marketing. De boer die de winkel runt betaalt daar een franchise fee voor.

De Oogstboer koopt de producten zelfstandig in bij regionale boeren in de omgeving. “Twee, drie keer per week ben ik aan het rondrijden om de bestellingen op te halen”, vertelt Joost. “Ongeveer vijf keer per week vul ik de winkel bij en maak alles netjes. Door het zelf te doen heb ik in de hand dat de kwaliteit van de producten geborgd wordt en dat alles op tijd wordt bijgevuld.”

Natuurinclusief

Boeren bepalen bij Oogst hun eigen prijs en kunnen zo hun kosten voor natuurinclusief boeren doorberekenen. Joost: “Natuurinclusieve landbouw betekent zoveel mogelijk met de natuurlijke processen meewerken en zo min mogelijk uitstoot dan wel negatieve effecten veroorzaken. Wat dat betekent voor een bedrijf verschilt of iemand veehouder of akkerbouwer is en op welke locatie ze zitten.”

Oogst heeft een aantal harde eisen, zoals geen kunstmest en bestrijdingsmiddelen en aandacht voor dierenwelzijn. “Sommige boeren werken wel natuurinclusief, maar zijn om welke reden dan ook niet biologisch gecertificeerd, vanwege de kosten of de administratie of omdat ze om de een of andere reden niet aan een regel voldoen.” Biologisch heeft de voorkeur. Het aandeel biologische levensmiddelen in de winkel is ongeveer 95 procent.

Bio-certificaat

“We profileren ons niet als biowinkel, we vinden het gewoon logisch om zoveel mogelijk bioproducten te voeren”, zegt Joost. In de app staat dat erbij en op de producten zelf natuurlijk ook. Als je je niet als bio presenteert, hoef je je niet te laten certificeren. “Wij vinden het wel belangrijk om gecertificeerd te zijn. Dat is een extra check, het toont aan dat je het gewoon netjes doet. Ook al is er nog nooit iemand naar ons toegekomen met de vraag of we gecertificeerd zijn. Ik ben wel benieuwd of we reacties krijgen nu we het bio-certificaat hebben.”

Het certificeringsproces heeft verder geen problemen opgeleverd. “Als start-up proberen we te bewijzen dat een onbemande winkel met streekproducten werkt. Het ontwikkelen van een goed voorraadsysteem is onderdeel van de pilot. Je moet goed je inkoopboek bijhouden zodat duidelijk is dat alles wat er biologisch uitgaat ook biologisch binnengekomen is. Daarnaast moet je alle certificaten van de aangesloten boeren opvragen. De grootste tijdsinvestering was het maken van het handboek met de werkprocessen, maar dat hadden we sowieso nodig.”

Verkoopkanaal

De verkoop gaat goed, de winkel heeft tussen de 250 en 300 klanten per week. Het is de bedoeling dat er na Leiden nieuwe Oogstwinkels volgen. “We zijn vijf nieuwe locaties aan het verkennen op het moment”, vertelt Joost. “Er zijn een aantal boeren die hun bedrijf willen transformeren van gangbaar naar natuurinclusief, al dan niet bio-gecertificeerd. Die zien dit als manier om veel meer lokaal te gaan verkopen en betere marges te verdienen.”

Hij merkt zelf dat het gemakkelijker is om je bedrijf verbreden. “Je hebt gewoon een verkoopkanaal waar je al je boerderijproducten tot waarde kunt brengen. Ik verkoop kaas aan kaashandelaren, speciaalzaken en een klein beetje aan horeca. Door de winkel kan ik ook vlees, groenten en eieren introduceren en binnenkort komt er thee van mijn boerderij af. ”

Er zijn ook burgers die geïnteresseerd zijn in het openen van een Oogstwinkel. “Voor een burger of ondernemer die affiniteit heeft met het platteland en in de foodsector aan de slag wil, is dit een mooie manier om daar concreet mee aan de slag te gaan.”

Naar boven