Kalverliefde: nieuw merk dat kalfjes langer bij de moeder laat
De biologische melk van het jonge merk Kalverliefde is van koeien die hun kalf een tijdje bij zich mogen houden. Bedenker en eigenaar Janina van der Drift hoopt dat dit ooit de norm wordt.
Het zat Janina van der Drift, oprichter van Kalverliefde, niet lekker dat kalfjes vaak net na de geboorte bij hun moeder weg worden gehaald. Ze wilde liever melk drinken van een koe die haar kalf een tijdje bij zich mocht houden. Kan dat niet anders, vroeg ze zich af. En dus ging ze op zoek. “In eerste instantie alleen voor mijn eigen consumptie. Zo kwam ik bij Armando Kok terecht in het Gelderse De Glind. Hij heeft me laten zien hoe dat gaat. Ik stelde allerlei vragen: hoe wordt jouw melk opgehaald, hoe vaak per week, hoeveel melk lever je eigenlijk, waar gaat de melk naartoe, waar wordt die verwerkt en waar komt die terecht?” Zo kwam ze in contact met de coöperatie die de melk ophaalt, met de zuivelverwerker en met twee andere boeren die de kalfjes bij de koeien laten lopen.
Met de komst van het label Kalverliefde verdwijnt hun melk niet meer in het gewone biologische circuit en krijgen de boeren een meerprijs voor hun extra inzet. “Dat geld is mooi, maar ze deden het echt omdat ze er zelf in geloofden”, zegt Van der Drift. “Een van die boeren doet dit al achttien jaar, zonder dat hij er meer geld voor kreeg. Het kóst juist geld, want je hebt minder omzet als je het kalfje bij de moeder laat drinken. Het feit dat er nu een aparte melkstroom is die in een eigen pak voor het grote publiek in de winkel ligt, waarderen ze enorm. Die erkenning is heel belangrijk.”
Bruggen bouwen
Van der Drift vindt het belangrijk dat het kalf zo lang mogelijk bij de koe blijft, maar benadrukt dat ze niet activistisch is. “Ik probeer gewoon een consumentenvraag te creëren om de overstap voor boeren mogelijk te maken. Mijn doel is dat meer boeren overstappen naar dit systeem en ze het gevoel hebben dat ze me kunnen benaderen met vragen. Ik wil echt bruggen gaan bouwen.”
Daarbij komen haar marketingachtergrond en haar verleden bij Unilever goed van pas. Dat heeft zeker ook geholpen om binnen te komen bij Albert Heijn. In 288 filialen, voornamelijk in de Randstad, ligt ‘haar’ melk nu in de schappen. De supermarkt vangt ook de signalen op uit de maatschappij. “Tegelijkertijd is het misschien ook spannend voor een supermarktketen als Albert Heijn. Daarom is het zo belangrijk welke toon je aanslaat. Die moet opbouwend zijn, dat je mogelijkheden biedt, in plaats van de bestaande praktijk af te kraken.”
Stierkalfjes
Volgende stap is een pilot met een van de boeren om de stierkalfjes op boerderij groot te brengen en zelf als biologisch kalfsvlees te verkopen. “De boeren waarmee ik werk, hielden de vaarsjes wel bij de koe, maar de stierkalfjes nog niet. Ik begrijp waarom dat zo ging, maar ik kon het eigenlijk niet goed uitleggen. Dus zijn we per boer gaan kijken hoe zij de stierkalfjes langer bij de moeder kunnen laten zijn.”
De afzet van het jonge product gaat goed. “Ik kreeg heel veel fanmails van mensen die superenthousiast zijn over dit initiatief en zich aanbieden voor vrijwilligerswerk. Men voelt dat het iets nieuws is, hoewel het natuurlijk vroeger al zo ging. Maar het lijkt wel echt iets waar mensen naar op zoek zijn.”
Niet dat iedereen zich volledig bewust is van hoe het werkt. Dat een koe elk jaar een kalf moet krijgen om melk te geven, bijvoorbeeld, of dat het kalfje meestal direct na de geboorte gescheiden wordt. “Er is veel onderzoek waaruit blijkt dat het kalfje gezonder opgroeit als het bij zijn moeder is en het vooral veel positieve effecten heeft op het mentale gestel van het kalfje. Het is ook niet waar dat er geen hechting heeft plaatsgevonden als het kalfje meteen weggehaald wordt.”
Biologisch
De keuze voor biologische certificering kwam meer van de boeren dan van Van der Drift zelf. “Het ging mij er echt om dat de kalfjes bij de koe bleven, alleen zijn de boeren die dit doen overwegend biologisch of biodynamisch, ook de boeren met wie ik samenwerk.” Ze twijfelde zelfs of ze wel wilde vermelden dat de melk bio is, omdat het de boodschap vertroebeld. “Maar de boeren wilden het heel graag. Ik denk een relatief groot deel van de mensen die Kalverliefde koopt, al biologische melk kocht. Biologisch dekt natuurlijk al veel af op het gebied van welzijn en diversiteit. Wij gaan dan nog een stapje verder.”
Het certificatieproces was tamelijk eenvoudig. “De zuivelverwerker en de boeren waarmee ik samenwerk waren al biologisch gecertificeerd, ik was de enige in de keten die nog een certificaat nodig had.” Er kwam een inspecteur langs die samen met haar het proces doorliep. “Dat was zo gepiept. Ik had al scherp wat er moest gebeuren. Je hebt te maken met voedsel, dan is kwaliteit en traceability superbelangrijk. Dat moet je gewoon kunnen borgen.”
Goed geborgd
Ze dacht in eerste instantie wel: kan dit niet gewoon telefonisch? “Maar het is natuurlijk wel belangrijk dat elke stap in de keten gecontroleerd wordt, het vertrouwen van de consument in het keurmerk hangt af van het feit of elke schakel in de keten klopt of niet. Dat ze dit zo serieus namen, gaf me het idee dat dat goed is geborgd en dat het ook echt aan alle regels voldoet.”
Ze is ambitieus. “Nu ligt Kalverliefde in 288 winkels, met name randstedelijk. Het zou mooi zijn als iedereen die daar behoefte aan heeft hiervoor kan kiezen. Of dat er ook andere soorten zuivelproducten komen, zoals kaas of yoghurt. Er zijn een boel mooie dingen te doen, alleen: dat moet echt in stapjes gaan. Uiteindelijk moet de consument er wel achter blijven staan. Als er vraag is en er een meerprijs voor wordt betaald, dan is de kans groter dat een boer zegt: ik wil dit ook wel.” Ze hoopt dat Kalverliefde zich als een olievlek uitspreidt. “Het zou mooi zijn als dit de norm wordt.”